Zeekraal

Geplaatst op

In 2004 leidde ik een bus vol met Nederlanders en Italianen langs de Fries-Groningse kust en gingen we ook bij Lauwersoog (bij de zeedijk binnendijks) aan. Daar werd destijds als enige locatie in Nederland (naast nog 1 in Zeeland) zeekraal geteeld en geleverd aan Albert Heyn. Een jaar later stopte AH daar mee, omdat Lauwersoog niet het gehele jaar zeekraal voor al hun winkels kon leveren. Daar bij de mooie baai konden ze alleen maar in de zomer leveren. AH haalde het voortaan uit Mexico, Israël en Spanje. En witte asperges dan: die eet je toch ook alleen maar in het voorjaar? Toch niet jaarrond? En ga je toch niet halen uit onbekende landen? Bij AH in Zaandam hebben ze het nooit begrepen, maar dat biedt ook weer voordelen! Inmiddels is er – op kleine schaal — weer Nederlandse zeekraal leverbaar en dat biedt mogelijkheden. Ook de zeekraal van het wad, zowel van de Waddeneilanden als Zeeland behoort tot de oorspronkelijke Nederlandse keuken, hoewel het onduidelijk is wanneer het eerste recept met zeekraal gepubliceerd is. Op www.coquinaria.nl of www.kookhistorie.nl zul je recepten met zeekraal en ook de andere zeegroene geneugten niet tegenkomen, zoals zeeaster (lamsoor), zeekool, zeebiet, zeepostelein en nog vele anderen, maar ze behoren er wel toe. In de onvolprezen Kleine geschiedenis van de Nederlandse keuken stelt Jacques Meerman zelfs dat alle ingrediënten uit onze keuken ingevoerd zijn (door Romeinen of alle andere volken die daarna onze kant op kwamen) behalve twee: lamsoor en zeekraal. Kortom, de ultieme oeringrediënten van de deltadis. Na half juli kun je de zeekraal niet meer plukken, dan wordt deze te houtig en niet meer te verteren. Stap dan over op de lamsoor! Gelede knapperige zilte stengeltjes, dat is de omschrijving voor zeekraal. Krabbekwaad vind ik ook wel mooi. Of: minicactus zonder scherpe stekels, ook erg mooi. Op www.zeekraalwijzer.nl valt te lezen: “De smaak van zeekraal is uitgebreid getest. In de zomerperiode worden de Franse halfwilde en de Zeeuwse zeekraal het lekkerst gevonden. ’s Winters zijn de Mexicaanse zeekraal en zeekraal uit de Nederlandse kas favoriet.” En jawel: Aart-Jan en Mirjam Bil van De Schorreblomme in Kerkwerve (Zeeland) zijn – na vijf jaar buitenteelt – ook in de koude kas gaan kweken. Hiermee hoopt Aart-Jan Bil de teelt met een aantal weken te kunnen verlengen.

Over die andere zeegroenten – zeewieren – een volgende keer meer.

Rene Zanderink

René Zanderink is bioloog-journalist en al sinds 2002 bewaker van het Nederlands culinair erfgoed. Eerst als dierenexpert en later als groente- en granenspecialist van de Nationale Ark van de Smaak-commissie bezoekt hij al ruim 15 jaar producenten in alle uithoeken van Nederland. Hij is medebestuurslid van Stichting De Oerakker die middels de Oranje Lijst de nationale (agro)biodiversiteit stimuleert. Tevens organiseert hij culinaire reizen op het eiland Texel, langs de Vecht en op de Veluwe. Tot nu toe heeft hij drie kookboeken gepubliceerd: Liever Lokaal (samen met Annette van Ruitenburg, beste en meest duurzame kookboek van Nederland in 2015), De Nieuwe Keuken van de Veluwe en Van Kop tot kont (samen met chefkok Nel Schellekens). Dit jaar verschijnt het outdoor kookboek Ingepakt samen met Mr. Wateetons. Hij is medeoprichter van het Genootschap der Warme Stokers, dat valfruit en mislukte bierprobeersels verwerkt tot de meest excellente eaux de vie. René Zanderink: “Ik schrijf voor Dutch Cuisine omdat we weer trots moeten worden op onze Nederlandse keuken, hij heeft dan wel geen gouden randje zoals in de Gouden Eeuw maar is nog steeds onvergelijkbaar. Hier draag ik graag mijn steentje aan bij door erover te schrijven en te vertellen. Momenteel maak ik een studie van wat buitenlanders door de eeuwen heen van onze keuken vonden en kwam tot de conclusie dat er zo veel meer is dan stamppot, snert en pannenkoeken.”